Serinus scotops 

IBC-Link   Zang   IUCN-Redlist   Birdlife-Link

Bos cini, Bos kanarie

Crithagra scotops (Serinus scotops)

Geografische verspreiding en biotoop

De Boscini is een vogel die in het zuiden en oosten van de Kaapprovincie (Zuid-Afrika) voorkomt. Op zoek naar voedsel (waaronder vruchten) trekken de vogels van het ene naar het andere gebied. Crithagra scotops houdt zich op aan de randen en in de dichte, altijd groene en vochtige bossen van bergachtige gebieden. Wordt ook gezien in tuinen, parken en maisplantages. Ook deze cini zoekt zaden op de grond en op lage begroeiing. Er is waargenomen dat ze eten van blad- en vruchtenknoppen. Zoals vermeld; vruchten staan ook op het menu. De nesten worden, per streek verschillend, gevonden in de periode van september-mei en afhankelijk van de lokale beschikbaarheid van voedsel. Meestal twee tot vier jongen per nest. Bij het ringen van deze vogels zijn verschijnselen van rui vastgesteld in de periode juni-oktober. Het schijnt gemakkelijker te zijn deze Crithagra soort in de natuur te horen, dan te zien.

Grootte: 13-14 cm

Geslachtsonderscheid en ondersoorten

Volwassen man en pop zijn op enkele onderdelen van elkaar te onderscheiden:
-De man heeft een meer helder gele en grotere wenkbrauw, gelere keelvlek en een donkerder masker.
-De pop is op de keel, borst en in de flanken (meer) bestreept en bleker groengeel aan de onderzijde dan de man. De oogstreep van de pop is korter en minder uitgesproken.
Er zijn behalve de nominaatvorm twee ondersoorten beschreven:
-C. s. scotops;
Transkei, Natal en Lesotho
-C. s. transvaalensis;
Transvaal en Swaziland (meer bestreept, zwarter)
-C. s. umbrosa;
zuidoosten van de Kaapprovincie

Bijzonderheden

De Boskanarie is altijd vrij zeldzaam geweest in kwekersbestanden. Werd ook wel ‘Zwartkin cini’ genoemd. Verwisselen met andere Serinus soorten is vrijwel onmogelijk, zeker niet bij mannen vanwege de bijzondere koptekening: gele wenkbrauw, zwarte kinvlek, gele keelvlek en een vrij forse snavel. Crithagra scotops wordt, gebaseerd op volière-ervaringen, niet als de meest vriendelijke cini soort beschouwd. In de jaren 1980/1981 is melding van kweekresultaten in Duitsland gemaakt. De Boscini eet behalve gierst of millet ook raap- of koolzaad, witzaad en makkelijk pelbare grotere zaden en pitten. Vruchten en bessen kunnen ook op het menu staan. De mannetjes worden als goede zangers beschreven. Baltsen doet het mannetje met een opgerichte kop en opgezette veren, ondertussen het lichaam zijdelings heen en weer wiegend.

(15-10-2019)

 
 

Serinus-Society maakt gebruik van cookies om deze website beter te laten werken en om het websitebezoek te analyseren.